Skip to main content

Onderwijs in groep 3 tot en met 8

De afgelopen jaren zijn verschillende methodes vernieuwd en dit schooljaar hopen we te gaan werken met een nieuwe biologiemethode.
Bij ons op school werken we al een aantal jaren met zelfstandig werken,  het werken in hoeken, en met het werken met verrijkingsmappen. Zo hebben we de mogelijkheid tot veel differentiatie in de groepen.
Met name in het eerste halfjaar van groep 3 besteden we veel aandacht aan de overgang van groep 2 naar groep 3. In groep 3 wordt er immers veel meer methodisch gewerkt en minder gespeeld. Daarom gaan we in het begin van groep 3 nog wat vaker naar buiten en werken we twee keer per week in hoeken. Dit gebeurt thematisch.

 

Rekenen
Het vak rekenen is één van de hoofdvakken van ons onderwijs. Al in de onderbouw wordt er gewerkt aan voorbereidende rekentaken. Vanaf groep 3 gebruiken we de methode Alles Telt, een moderne methode die het realistisch rekenen op een gestructureerde manier aanbiedt. In groep 3 staan de getallen 1 t/m 20 centraal, ook starten we met klokkijken (hele en halve uren en kwartieren) en automatiseren tot 20.
In groep 4 wordt het getalbegrip uitgebreid tot 100 en wordt ook het digitaal klokkijken aangeboden. Aan het eind van deze groep kunnen de leerlingen een tafeldiploma halen als zij de tafels in volgorde kunnen opzeggen. In groep 5 volgt een tafeldiploma voor het door elkaar kunnen opzeggen van de tafels. Het oefenen en begeleiden door ouders bij het leren van de tafels is erg belangrijk! Vanaf groep 6 krijgen de kinderen herhaaldelijk een tafeltoets tot en met groep 8. Vanaf groep 5 komen de grotere getallen aan de  orde met steeds opklimmende moeilijkheidsgraad; ook staat het automatiseren en digitaal klokkijken op het programma. In groep 6 wordt er een begin gemaakt met breuken en in groep 7 komen de procenten erbij. In groep 8 moeten de leerlingen in staat zijn om de verschillende rekenkundige bewerkingen (grotendeels) zelfstandig uit te kunnen voeren om mede daardoor de aansluiting naar het voortgezet onderwijs zo soepel mogelijk te laten verlopen. Door de verschillende leerjaren heen wordt ook gebruik gemaakt van software zoals Maatwerk en Ambrasoft/MijnKlas.

 

Taal
Als taalmethoden hebben we voor groep 3 Lijn 3, een methode die het taal- en leesonderwijs combineert. We hebben voor deze methode ook de ondersteunende software aangeschaft. Voor de overige groepen gebruiken we de methode Taalverhaal, een heldere, moderne methode waarin de kinderen op een interactieve manier worden begeleid in het taalonderwijs. We besteden veel aandacht aan taalonderwijs. Met name in de groepen 3 en 4 neemt het taalprogramma een grote plaats in, maar ook in de groepen die volgen komt het elke dag terug. De methode bevat de leerlijnen: spreken/luisteren, stellen, woordenschat,  taalbeschouwing en woord-/zinsbouw. Binnen de methode wordt gedifferentieerd in tempo en niveau. Ook samenwerken, afspraken maken en ‘notuleren’ zijn belangrijk. Er wordt onder andere geoefend aan de hand van taalboeken, werkboeken en software van de methode.

 

Spelling
Naast de methode voor taal hebben we voor de groepen 4 t/m 8 de methode Taalverhaal spelling. Per jaar worden 40 woordpakketten geoefend. In groep 7 en 8 zijn dat 20 woordpakketten en 20 werkwoordpakketten. Elke week leren de kinderen twee woordpakketten met dezelfde spellingproblemen. Na vier woordpakketten vindt een week van controle, herhaling of verdieping plaats. Ieder woordpakket bestaat uit 15 woorden die verdeeld zijn in vier categorieën. De zgn.: luisterwoorden, onthoudwoorden, regelwoorden en de ook-zo woorden. Elke categorie wordt ondersteund door een pictogram.
Ook bij spelling kan gebruik worden gemaakt van software van de methode.
Aan het begin van het schooljaar worden (als het nodig is) de (werk)woordpakketten mee naar huis gegeven.
In groep 7 en 8 wordt door middel van een extra werkboekje nog meer aandacht gegeven aan de werkwoorden.
 

Lezen
Het leren lezen is een belangrijk onderdeel van ons onderwijs. Met name in de middenbouw wordt er heel veel tijd gestoken in het leesonderwijs. In groep 3 wordt de basis gelegd en de volgende jaren borduren daarop voort. Twee keer per week vindt in groep 3 het zogenaamde tutorlezen plaats. In januari wordt hiermee begonnen. Onder begeleiding van de leerkracht lezen kinderen uit groep 3 samen met een kind uit een hogere groep, meestal met een leerling uit groep 8. Daarnaast is er ook voldoende ruimte voor stillezen. Vanaf januari wordt in groep 3 elke dag begonnen met een kwartier stillezen. We vinden het erg belangrijk dat kinderen lezen leuk (blijven) vinden. We besteden daarom ook tijd aan het promoten van het leesonderwijs.
Om het lezen nog meer op niveau te brengen en houden, hebben wij de leesmethode Leesfontein aangeschaft. In de groepen 4 t/m 8 wordt hier 1 a 2 keer in de week aandacht aan besteed.
Vanaf groep 4 werken we met de methode Nieuwsbegrip. Dit is een methode voor begrijpend en studerend lezen, waarin kinderen worden geleerd hoe ze een tekst moeten lezen, verschillende leesstrategieën worden aangeboden om juiste informatie uit de tekst te halen en hoe ze vragen over de tekst het best kunnen beantwoorden. Het is een digitale methode waarbij de teksten aansluiten bij de actualiteit
In de groep 7 en 8 is het belangrijk om grafieken en schema’s juist te interpreteren. Daarom wordt daar gebruik gemaakt van informatieverwerking en ander vergelijkbaar materiaal.

 

Schrijven
Als school blijven we de waarde van een goed handschrift inzien. We gebruiken hiervoor de methode met de toepasselijke naam Handschrift.
In de groepen 3 en 4 staat schrijven standaard iedere dag op het programma. In groep 3 worden schrijfletters aangeleerd en in groep 4 komen daar de hoofdletters bij. Er wordt gelet op de juiste zithouding, pengreep en de ontwikkeling van een goed handschrift. Langzaamaan wordt dit afgebouwd tot het één keer per twee / drie weken oefenen in groep 7. Dat neemt niet weg dat kinderen ook tijdens de andere vakken nog heel veel schrijven; ook dan is er aandacht voor het netjes en correct schrijven van de letters en cijfers. 

 

‘Kinderen en hun sociale talenten’
Is de methode die wij gebruiken voor de sociale vaardigheidslessen. Voor iedere jaargroep is er een map die bestaat uit 20 lessen die onderverdeeld zijn in 8 gedragscategorieën waaraan je kunt zien of een kind sociaal competent gedrag heeft:

  • Ervaringen delen
  • Aardig doen
  • Samen spelen en werken
  • Een taak uitvoeren
  • Jezelf presenteren
  • Een keuze maken
  • Opkomen voor jezelf
  • Omgaan met ruzie

Als toevoeging aan deze lessen worden er in alle groepen lessen seksuele vorming gegeven m.b.v. de map ‘Wonderlijk gemaakt’.  In deze lessen wordt op een bij de leeftijd passende wijze o.a. aandacht besteed aan:

  • (Lichamelijke) verschillen tussen jongens en meisjes
  • Ontstaan van nieuw leven
  • Seksueel misbruik
  • Hulpverlening

   

Psalm en Bijbelkennis
Wij hanteren op school de methode Hoor het Woord. Voor meer informatie over psalm- en Bijbelkennis verwijzen wij u naar blz. 7.  


Maandkalender, weektaak en agenda
Iedere maand krijgen de kinderen van de onderbouw een maandkalender mee, waarop de belangrijkste gegevens, zoals verjaardagen, excursies, en dat wat er geleerd moet worden, staan aangegeven.
In groep 6 verandert de maandkalender in een weektaak, zodat kinderen iedere week weten wat hen te wachten staat.
In de groepen 7 en 8 hebben de kinderen een agenda.

 

Zelfstandig werken en werken in hoeken
Als school vinden we het belangrijk dat kinderen zelfstandig leren werken. Dat brengen we o.a. in de praktijk door minstens één dagdeel per week de kinderen zelfstandig te laten werken aan een aantal taken. De hoeveelheid taken wordt gaandeweg de jaren uitgebouwd. Kinderen leren op die manier zelf hun werk in te plannen en problemen op te lossen. De leerkracht werkt met een werklicht: rood betekent dat er in stilte wordt gewerkt, er mogen geen vragen worden gesteld. Oranje betekent dat de leerlingen hun buurman/-vrouw zachtjes om hulp mogen vragen. Bij groen mogen er vragen aan de leerkracht en buurman of -vrouw gesteld worden. De leerkracht begeleidt in de tussentijd een aantal kinderen die extra instructie nodig hebben of tegen een bepaald probleem zijn opgelopen.
In de onderbouw werken de kinderen (vaak erg zelfstandig) in hoeken. We hebben besloten hier ook in de midden- en bovenbouw gebruik van te blijven maken. Minstens één keer per week werken we ’s middags met de kinderen in hoeken. Die hoeken zijn de door de leerkracht ontwikkeld en zij begeleidt de kinderen tijdens het werken daarin.
Elke keer rouleren de kinderen, zodat ze na verloop van een aantal keer in elke hoek een keer gewerkt hebben. Dit werken in hoeken doen we tot en met groep 8.


Wereldoriëntatie
Als school maken we dankbaar gebruik van de diensten van het 'Centrum voor NME de Zwanebloem'. Via hen kunnen we leskisten huren, lessen volgen op de kinderboerderij en excursies organiseren onder deskundige begeleiding.
Dit schooljaar starten we vanaf groep 5 met de methode Wondering the World. Groep 3 en 4 gebruiken de methode Leefwereld. Voor deze groepen is de methode Wondering the World nog in ontwikkeling. Voor geschiedenis gebruiken we de methode Speurtocht. Hier starten we mee in groep 3. Voor Aardrijkskunde gebruiken we de methode De Blauwe Planeet. In het kader van cultuuronderwijs gaan wij ieder jaar een keer op excursie.

 

Repetities en huiswerk(begeleiding)
In groep 5 krijgen de kinderen hun eerste repetitie. Dat is best even spannend, maar het went snel. Per week krijgen kinderen in groep 6 maximaal één repetitie op een vaste dag. In de groepen 7 en 8 kan dat iets oplopen, naar maximaal twee repetities per week. Die repetities kunnen op elke dag, behalve op maandag en de eerste dag na een vakantie overhoord worden. De stof voor de repetitie krijgen de kinderen minimaal één week van tevoren mee naar huis. De kinderen van groep 6 krijgen hiervoor een speciaal A5-mapje, waarin ze hun leerstof en hun weekkalender kunnen bewaren. In groep 8 krijgen de kinderen drie keer per week huiswerkopdrachten. Dit betekent elke dag huiswerk in groep 8. De kinderen moeten zelfstandig en planmatig  met hun agenda leren werken. In groep 7 en 8 krijgen ze hiervoor een agenda.

 

Wat doet onze school aan huiswerkbegeleiding?
In groep 6 maken de kinderen echt kennis met huiswerk. In de groepen eronder bleef het beperkt tot een psalm en een enkele repetitie. In groep 6 komen de zaakvakken erbij.
Omdat het voor veel kinderen erg lastig is om te ontdekken hoe ze een samenvatting moeten leren of hoe ze een topoblad moeten 'stampen' worden de kinderen stap voor stap begeleid.
Allereerst wordt de stof met de kinderen besproken, ‘voorgekookt’, voordat ze het huiswerk mee naar huis krijgen. Als ze dan hun eerste samenvatting hebben gekregen gaat gelijktijdig een brief mee voor zowel de kinderen als de ouders waarin staat op welke manieren ze een samenvatting kunnen maken. Ook staat op de weekkalender wat ze elke dag moeten leren. Vooral de kinderen die erg onzeker zijn over hun leren hebben hier enkele stevige handvatten aan. Maar ook kinderen die het moeilijk vinden hun werk te plannen zijn er erg blij mee. We hopen hiermee te bereiken dat kinderen leren de leerstof te verdelen over meerdere dagen.
In groep 7 wordt erop toegezien dat het huiswerk juist wordt opgeschreven in de agenda die door school wordt verstrekt. Huiswerk wordt minimaal een week van te voren opgegeven. Er wordt veel aandacht besteed aan het op tijd beginnen met leren: liever iedere dag een poosje leren dan op het laatste moment alles ineens. Het huiswerkboekje van de zaakvakken dat mee naar huis gaat voor het leren van een repetitie begint met een pagina waar tips en aandachtspunten staan beschreven om iedere dag op een goede manier de repetitie te oefenen. Aan het begin van het jaar leren de kinderen hoe ze Engelse woordjes en zinnen moeten leren. In de Engelse les wordt aandacht besteed aan het oefenen van de uitspraak van deze woordjes. Elke week leren de kinderen voor maandag een psalm, catechismus of kerkgeschiedenis, voor vrijdag de Bijbelse verwerking, 1 keer per week Engels en soms een repetitie aardrijkskunde, geschiedenis of biologie. Op het schoolbord staat een weekplanning zodat kinderen kunnen zien hoe ze hun agenda moeten invullen. Bij absentie kunnen ze daar ook gebruik van maken.
In groep 8 wordt er ook gebruik gemaakt van een huiswerkagenda. Ook wordt er een klassenagenda bijgehouden zodat leerlingen na absentie weten welk huiswerk is opgegeven. De begeleiding is hier veel minder, om de zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van de kinderen te vergroten.

 

Boekbespreking, werkstuk, spreekbeurt, interview
In groep 5 houdt ieder kind, als voorbereiding op de spreekbeurt, een boekbespreking over zijn of haar favoriete boek. In groep 6 starten we met een spreekbeurt en een werkstuk, waarbij de kinderen nog heel intensief begeleid worden. Dat houdt onder meer in dat ze de hoofdstukindeling en de beginhoofdstukken in klad bij de leerkracht inleveren en bespreken. In groep 7 gaat dat al wat zelfstandiger. In groep 8 maken de kinderen een werkstuk waarin een interview verwerkt wordt. We vinden het erg belangrijk dat kinderen iets éigens’ inleveren, d.w.z. een eindproduct, waarin ze iets van zichzelf laten zien in de inhoud van het werkstuk, het taalgebruik, de layout enz.

 

Engels
In 2013-2014 zijn wij gestart met een nieuwe Engelse methode. Hiermee hebben wij ons aanbod Engels verbreed en wordt er in alle klassen Engels aangeboden. Uiteraard wordt hierbij rekening gehouden met het niveau van de groep. Op deze wijze hopen wij te komen tot een beter eindresultaat. Voor de aansluiting op het voortgezet onderwijs is het heel belangrijk dat er een goede basis wordt gelegd, waarop de kinderen straks verder kunnen borduren. We werken met de methode My name is Tom.
 

Staatsinrichting
In groep 8 krijgt het pakket zijn voltooiing met het vak staatsinrichting. De kinderen krijgen les over de principes van de democratie, de organisatie van parlement en regering, de verhoudingen tussen koningshuis en overheid, Prinsjesdag, de verschillende politieke partijen, verkiezingen, enz.
 

Verkeer
Vanaf groep 1 wordt er een begin gemaakt met het geven van verkeersonderwijs. Dit gebeurt aan de hand van door “Veilig Verkeer” ontwikkeld lesmateriaal. In de groepen 1 t/m 3 gebruikt men “Rondje Verkeer”. De aangeboden leerstof sluit aan bij het gedrag van het kind als voetganger, speler, passagier en beginnende fietser. 
In de groepen 5 t/m 7 wordt er gewerkt met een verkeerskrant. In groep 5 en 6 met “Op voeten en fietsen” en in groep 7 met de “Jeugd Verkeerskrant”. Deze kranten komen per cursusjaar circa 8 keer uit. Groep 4 krijgt verkeer aan de hand van de digitale lessen van School op Seef. In groep 7 leggen de kinderen twee verkeersexamens af. Een theoretisch examen, medio april en een praktisch examen op de fiets, medio mei. Dit praktisch examen wordt georganiseerd door Driestar Educatief in samenwerking met de politie Gouda. Als de kinderen van groep 7 slagen voor beide examens, krijgen ze hiervoor een verkeersdiploma.


Muziek
We werken met de muziekmethode ‘Muziek moet je doen’. Deze methode voorziet in lessen voor de groepen 1 tot en met 8. Elke les heeft dezelfde structuur, waarin aandacht is voor (leren) zingen en zelf (leren) spelen. Bepalende begrippen in de methode zijn: klank (sterkte, duur, hoogte, kleur), vorm (sterker-zachter,  hoogte, samenklank, maat, ritme en tempo) en betekenis (wat doet muziek met je?). Ook klassieke muziek krijgt in deze methode aandacht. In groep 8 wordt er ook aandacht gegeven aan hedendaagse muziek. Dit kan mogelijk d.m.v. een lessenserie over “Naar house”.

 

Creativiteit
In de groepen 3 en 4 staat één of twee uur per week ingeroosterd voor tekenen en handvaardigheid. Ook bij het werken in hoeken zijn de kinderen hiermee bezig. We maken vaak werkstukken die aansluiten bij het thema waar die weken over gewerkt wordt. We proberen in het jaar alle verschillende soorten werkvormen en materialen aan bod te laten komen. In de groepen 5 t/m 8 werken we één uur per week aan tekenen en handvaardigheid. Verder komt dit terug in werken in hoeken, waardoor het in totaal ongeveer 1,5 uur per week wordt gegeven.  We maken in groep 1 t/m 8 gebruik van de methode ‘Uit de Kunst’. In deze methode wordt gewerkt vanuit de verschillende beeldaspecten, zoals compositie, vorm, kleur, licht, etc. Daarbij is ook gekozen voor een variatie aan thema’s en materialen.

 

Bewegingsonderwijs
In groep 3 hebben de leerlingen 1x per week een les bewegingsonderwijs van drie kwartier. Vanaf groep 4 gaan de leerlingen ook 1x in de week naar de gymzaal maar duren de lessen vijf kwartier. We besteden die les afwisselend aandacht aan turnen en spel. We maken daarbij gebruik van de methode Basislessen voor turnen en spel. Daarin staan vooral lessen waarbij de kinderen in verschillende groepen werken. Niet alle leerkrachten zijn bevoegd gym te geven. Het kan dan voorkomen dat uw kind van een andere leerkracht gym krijgt. We zullen de gymlessen geven in de gymzalen van Driestar Educatief. Dit betekent dat we op maandagochtend en vrijdag gym krijgen. Vanaf oktober tot januari zullen veel gymlessen gegeven worden door studenten, echter onder verantwoordelijkheid van een bevoegde docent.

 

ICT
Voor elke groep zijn er laptops en vaste computers beschikbaar die worden ingezet als ondersteuning bij het onderwijs in de klas. M.n. In groep 3 wordt de software van Lijn 3 gebruikt. Voor rekenen en taal maken we gebruik van het programma Ambrasoft en software van de gebruikte methoden. Voor meer informatie hierover verwijzen we u naar hoofdstuk 8 (ICT op school).